PackBeckerSouthAmerica

Lima, Peru

Het uitzicht vanuit de bus is even wat anders dan ik de afgelopen weken gewend ben. Geen groene velden en overweldigende bergen meer. Nee, Peru is vooral grijs, droog en stoffig. Het lijkt in dit deel van het land net een grote woestijn.

De bus is er wél op vooruit gegaan sinds Ecuador. Grote stoelen met veel beenruimte, avondeten en ontbijt geserveerd door een soort stewardess en genoeg films (die hier standaard Spaanstalig zijn, of ze nou uit Hollywood komen of niet). De 20 uren vlogen om!

Lima is groot, met vele uit elkaar liggende wijken om de 7,6 miljoen bewoners te herbergen. De wijk waarin ik verblijf heet Miraflores en ligt een uurtje van het centrum verwijderd.
Toch is het een fijne stad. Alles wat je nodig hebt is hier. Eén van de eerste dingen die ik hier dan ook bezocht was de McDonalds. J Is alweer een maand geleden en een goede afwisseling van de rijst met gefrituurde kip. De naastgelegen bioscoop was een paar dagen later ook niet veilig voor me.

Natuurlijk moest er ook serieus cultureel gedaan worden. Zondagmiddag wilde ik het oude centrum van Lima van dichtbij bekijken. Het liep iets anders dan gepland. De naar het schijnt prachtige kerken waren onbereikbaar. De halve stad was afgezet met lint en ik dacht dat er een marathon plaatsvond. Maar het was de finale van de Dakar Rally 2012! Heel gek om zo verrast te worden.

Eerst scheurden de wagens nog voorbij, even later kwamen ze geen meter vooruit. In de smalle straatjes werden ze onthaalt als helden. Kinderen en vrouwen werden op de wagens getild, toeschouwers gingen uit hun dak toen er 3 petjes gegooid werden en de politie had veel moeite om de fotograferende menigte achter de lijnen te houden. De Dakardeelnemers vonden het maar al te prachtig en gingen helemaal op in het enthousiasme.

Lima heeft ook een ander gezicht merkte ik de volgende dag. Het heeft een langwerpige kustlijn. Vanaf de hoge rotswand kon ik de surfende en zwemmende mensen beneden goed zien. Voor mij even geen strand, mijn rug is druk aan het vervellen door mijn vorige strandbezoek..

Op advies van de hosteleigenaar ben ik hierna met de bus naar de wijk Barranco gegaan, maar het viel op wat oude gebouwtjes toch tegen. Snel de bus naar Miraflores weer in dus.

De grootste attractie van de stad had ik voor het laatst bewaard. Het heet Huaca Pucllana en is een stoffig archeologisch terrein waar nog niet zo lang geleden een ruïne van de Inca's gevonden is. Er staat zelfs een piramide! De Inca piramides waren echter niet driehoekig zoals wij ze van de Egyptenaren kennen, maar gaan wel schuin van buiten naar binnen. En ze gebruikten geen enorme rotsen, maar héél veel bakstenen. Na de rondleiding op en rond de piramide nam de Engelstalige gids ons mee naar achteren. Hier kregen we een foeilelijke beschermde hond en wat lama's te zien. Al met al een interessant bezoekje.

En toen was het alweer tijd om door te reizen. Op naar Cusco, uitvalsbasis voor de belangrijkste bezienswaardigheid van Zuid-Amerika: Machu Picchu!

Mancora, Peru

Deze keer een bundel van verhaaltjes want de afgelopen week was het hop-on-hop-off in 3 verschillende plaatsen. Na Baños ben ik steeds zuidelijker gegaan, tot aan de Peruaanse kustplaats Mancora.

De eerste stop was een dag eerder dan gepland in Riobamba. Ik zou eigenlijk samen met mijn Turkse maatjes (die inmiddels ook in Baños waren aangekomen) de bus naar het zuiden nemen, maar omdat Huseyin op en neer naar Quito moest voor hun bagage en omdat Vicki plotseling niet meer de jungletrekking wilde doen maar direct Baños wilde verlaten, leek het mij wel zo gezellig om samen met haar te reizen. De Turken waren immers met ze tweetjes.

Voor het eerst duurde de busrit korter dan verteld. We waren dan ook helemaal in de war toen we op het kleine busstation van Riobamba stonden. Het plan was om hier te overnachten en de volgende dag de reis te vervolgen naar Cuenca. We stapten het eerste de beste hostel naast het busstation in en nadat we de backpacks gedropt hadden maakten we ons op voor een wandeling door dit niet-toeristische stadje. Heerlijk even geen westerlingen. Op een paar winkeltjes, kerken en een vulkaan na was Riobamba ook niet erg interessant.

De volgende ochtend zouden we vanaf het busstation aan de andere kant van de stad de bus van 10 uur pakken. Terwijl Vicki om 9 uur nog rustig haar tas zat in te pakken, vertelde de vrouw van de receptie mij dat de bus al om hálf 10 zou vertrekken! Het rustig wakker worden zat er niet meer in en we renden met onze zware tassen het hostel uit. Vicki hield een taxi aan en ik stormde nog even een bakker binnen voor een ontbijtje. Gelukkig waren we net op tijd.

Na 6 uur berg op en af kwamen we aan in de 3e stad van Ecuador, Cuenca. De verwachtingen waren hoog, maar bleken al snel niet waargemaakt te worden. Wel leuk was toen de Turken opeens onze slaapzaal binnenstapten. De volgende dag zijn we met ze vieren alle 4 de markten afgegaan. Eerst bij de hoedenmarkt (Ecuador is hét land van de strohoeden, zelfs de bekende Panamahoeden komen hiervandaan), waar 50 dollar voor een hoed ‘normaal' is. Even later bij de gewone markt bleken ze opeens 10 dollar en niet te weerstaan. De overige markten waren ideaal voor kleine souvenirs. Verder heb ik genoten van de set meals met soep, rijst met vlees, toetje en een sapje voor maar 2 dollar. Ecuador is ideaal voor de budgetreiziger zoals ik. De bus kost hier ook maar 1 dollar per uur!

Dezelfde avond stapten Vicki en ik alweer op de bus naar Peru. De Turken moesten helaas achterblijven omdat zij op hun naar Turkije verstuurde paspoorten moesten wachten. Het verschilt erg per land en herkomst of je wel of geen visum nodig hebt. Zij kwamen er in Zuid-Amerika pas achter dat een Turks visum alleen in Turkije is aan te vragen..

Eigenlijk zouden we om 3 uur 's nachts bij de grens van Peru aankomen. Wij hadden echter een chauffeur die zó gestoord reed dat we om 1 uur al door elkaar geschud in de rij stonden. Op zich nog geen ramp, maar deze malloot reed in Peru net zo hard, waardoor we midden in de nacht in Mancora aankwamen. Nu moesten we dus in het pikkedonker op zoek gaan naar een slaapplek! Alles was vol en het kostte ons dan ook even voordat we in bed lagen..

Mancora is een typisch badplaatsje. Met een zanderige hoofdweg, veel winkeltjes en restaurants en natuurlijk een strand. Door de tuktuks heeft het iets Aziatisch.
Onze Australische mates waren een dag eerder in Mancora aangekomen en het was een gezellig weerzien. We zijn snel naar het strand gegaan. De golven zijn hier erg hoog en surfen is één van de populaire bezigheden. Wij konden natuurlijk niet achterblijven en huurden ieder een board. Voor mij was het pas de 3e keer en ik herinnerde mij snel dat het ontzettend zwaar is! Je moet zó hard werken voor die ene keer goed terechtkomen op een mooie golf. Na een uur waren we helemaal gesloopt en verbrand op ons rug.

´s Avonds hadden we een klein afscheidsfeestje. Ik had besloten de volgende avond alweer de bus naar Lima te pakken. Ik moet namelijk een klein beetje tempo maken om niet te gehaast door Bolivia en Paraguay te hoeven reizen. De kans is groot dat ik deze vriendjes niet meer zie en dat is best gek, want ik heb ze de afgelopen maand altijd wel even om me heen gehad. Voorlopig weer even alleen reizen dus. Heeft ook zo zijn voordelen en er komen vast weer nieuwe vrienden bij!

Baños, Ecuador

Als er één plek is waar reizigers in Ecuador naartoe getrokken worden dan is het Baños. In en rond dit kleine stadje, liggend tussen groene bergen en een actieve vulkaan, kun je allerlei activiteiten doen. Je merkt gelijk dat ze gewend zijn aan toeristen, want op elke hoek is wel een hamburger, pizza of taco te krijgen. Best lastig om gezond te eten hier.

Ons hostel Plantas y Blanco (een doordenker) is waarschijnlijk the best in town en heeft een dakterras met panorama uitzicht over de hele stad. En een waterval alsof het de normaalste zaak van de wereld is. Ik deel een 3-persoonskamer met Vicki en Jorge, wat een veilig gevoel geeft.

Onderaan die waterval bevinden zich de hot baths (heetwaterbronnen) waar Baños vooral om bekend staat. (Baños betekent zoiets als baden. Het grappige is dat het ook wc's betekend). Ik had een natuurlijk bron verwacht, maar het leek meer op een zwembad. Toch was het heerlijk. Het grote bad is aangenaam warm en hier kan je lekker in zwemmen. Het kleinere bad is echt heet! Om af te koelen sprong ik afentoe onder de douche met ijskoud watervalwater. Goed voor de pijnlijke spieren.

De volgende dag hebben we met ze drieën mountainbikes gehuurd. Er was ons verteld dat er langs de weg prachtige bergen en watervallen voorbij zouden komen. Dit was helemaal waar. De weg liep 90% van de rit bergafwaarts, dus we hoefden weinig te fietsen. Hierdoor konden we extra genieten van de mooie omgeving. Na een half uurtje kwamen we bij een druk punt terecht. Het eerste wat we zagen was een waterval in een gigantische dal, maar wat daarna opviel was iemand die aan een zip line naar de overkant zweefde. Dit wilden wij ook!

Het was best spannend allemaal, want het waaide en regende een beetje. Natuurlijk werden we goed ingepakt met beschermkleding (inclusief nutteloze helm en handschoenen), maar als je daar zo aan een touwtje hangt moet je wel even slikken. En dan ook nog head first ook! Ik maakte het nog iets moeilijker door te gaan filmen (zie filmpje!). Het was een geweldige ervaring om zo boven het diepe dal te ‘vliegen'.

Na dit avontuur fietsten we verder. Elke 10 minuten kwamen we weer een zip line tegen, maar geen één met zo'n mooie omgeving als de onze. Drie uur later kwamen we aan bij een dorpje met de El Diablo waterval. Deze mochten we natuurlijk niet missen en we daalden de honderden uitgehakte traptreden af. Dat deze waterval naar de duivel genoemd is komt denk ik door de enorme kracht waarmee het water neerkomt. Ik heb aardig wat watervallen gezien, maar deze overleef je geen seconde. Via een halve grot, waar je kruipend doorheen moest, kwamen we bijna bovenaan de waterval. Shirt uit en even afkoelen onder het afketsende water.

Nadat we puffend al die treden weer terug waren geslenterd, waren Vicki en ik er klaar mee. Jorge ging nog even doorfietsen en wij gooiden onze mountainbikes achterin een wagen, waarna we er zelf bijsprongen. Goed geregeld! Terug naar Baños.

De rest van de tijd heb ik vooral gerelaxt. Op een regenachtige dag uitzendinggemist kijken, beetje skypen en uitgewisselde films kijken. En vooral genieten van niet ziek zijn! Gisteren zijn we met een groep van 6 (Amerikanen en Canadees) een stuk gaan wandelen om de vulkaan te bekijken. Helaas is deze bijna altijd verstopt achter een wolkenpak. Eenmaal terug in Baños zijn we bij een restaurant wat gaan eten en was het een heel gezellige avond. Dit is nou het zware leven van een backpacker.. ;-)

Quilotoa, Ecuador

Vanaf Quito moesten we 2 bussen nemen om bij de krater van Quilotoa te komen. Deze ligt hoog in de bergen en de rit erheen was al een kadootje op zich. Het is zo mooi allemaal. Met een beetje fantasie zijn sommige stukken net als het kleurrijke lappenlandschap van Holland, maar dan in 3D-vorm. Hoe hoger we kwamen, hoe kouder. En hoe vaker we in een wolk terechtkwamen.

Eenmaal in Quilotoa aangekomen heetten vrouwen in traditionele klederdracht ons al op. We merken al snel dat de faciliteiten hierboven niet zo top zijn. Als dan ook het water niet werkt, weet je dat de knop echt om moet. De slaapkamer ziet er prima uit, alleen hangt er een vage geur vanwege de houtkachel die elke avond moet branden. Het is immers behoorlijk fris.

Toen we aankwamen was het bewolkt, maar een uurtje later kwam de zon alweer tevoorschijn. Mooi moment om alvast een kijkje te nemen in de krater. Deze was dichterbij dan verwacht; 20 meter van ons hostel. En wat een beauty! Middenin de steile krater ligt een donkerblauw meer met een groen randje. Een rustieke oase in een ruwe omgeving. Hier hebben we een hele tijd gezeten en genoten.

Toch werd ik benieuwd hoe het beneden zou zijn. Er liep een kronkelpad, dus het was mogelijk. Alleen was het al aan het eind van de dag en zou het snel donker worden. Ik voelde me inmiddels zo goed (de migraine is behoorlijk gezakt) dat ik dit per se nu wilde doen. Jorje was sceptisch en dacht dat het te lang zou duren voor we beneden zouden zijn. Vicki wilde wel, maar dan rennend. En dus renden wij als gekken de berg af (zie filmpje). Onderweg kwamen we verrassend T & Tam (de Aussies die een dag eerder weg gingen) tegen. Het kostte ons alsnog 20 minuten, maar we waren er!

We moesten gelijk weer terug vanwege de zonsondergang. En dit was een kleine hel.. Ik was helemaal op, mijn conditie na 2 weken ziek zijn zó slecht, dat ik strompelend de berg opging. Elke 10 meter had ik een pauze nodig. Ik verbaasde me over mezelf, dit kan ik toch niet zijn?! Het werd inmiddels donker en ik hijgde als een gek. Na een uur zag ik een lichtje op me af komen. Was het Jorje die me het laatste stukje kwam begeleiden. Achteraf grappig, maar toen echt niet.

Koud van het zweet kregen we in het hostel een lekkere kom soep die ik snel naar binnen slurpte. Het hoofdgerecht bestond uit rijst met kip. Hierna lekker vroeg het bedje in, omdat we de volgende ochtend om 6 uur zouden opstaan om de ‘Quilotoa Loop' (de ronde om het meer heen) te doen.

Helaas regende het toen we wakker werden en was het zicht zo slecht dat dit plan letterlijk in het water viel. Waren wij even blij dat we de vorige dag al van het meer hebben kunnen genieten! De eerstvolgende bus terug naar bewoonde wereld vertrok pas om 1 uur 's middags, dus hadden we veel tijd te overbruggen. Filmpje kijken, boekje lezen. En toen het stopte met regenen een kleine wandeling. Het was een mooie belevenis, maar toch waren we erg blij toen we de bus in konden stappen. Op naar Baños!

Quito, Ecuador

Zwak, ziek en misselijk stapte ik samen met mijn reisgenootjes op de nachtbus naar Ecuador. Ging op zich prima en 12 uur later waren we in de buurt van de grens. Met een kleine bus werden we naar de douane gebracht voor een exit stempel. En toen was het nog maar een stukje lopen naar Ecuador! Met weer een klein busje werden we naar het grote busstation gebracht. Hier had ik het even niet meer. Nadat ik had overgegeven stapten we op de bus naar hoofdstad Quito.

Het was een adembenemende rit. Zulke mooie landschappen, elke keer verschillend ook. Het ene uur gifgroene heuvels en dan weer enorme bergpartijen. Ik vergelijk het een beetje met Laos. Heel veel natuur met weinig bebouwing of troep. Zonder het door te hebben passeerden we de evenaar.
Aangekomen in Quito was iedereen gesloopt door de 22-uur durende reis. We waren ook een beetje de weg kwijt en liepen maar wat in de rondte. Toch maar een taxi gepakt die ons in de buurt van ons geboekte hostel bracht, waar we het snel vonden.

De enorme honger had toegeslagen en ze wilde direct ergens gaan eten. Ik eet al de hele week niet meer dan kleine hapjes gemixt met water, dus wilde nu echt wat meer proberen. Het werd rijst met bonen. Acht happen later heb ik de groep verlaten en ben volgegooid met pillen mijn bedje ingedoken. En mocht nou net het rockcafé aan de overkant een grunting (=schreeuwend zingen) buitenconcert geven! Lig je dan met een bonkend hoofd.. Hel!

De volgende ochtend (31 december) zijn we dan ook zo snel mogelijk verhuisd naar een hostel vier straten verderop, waar het heerlijk rustig is. Kon ik eindelijk mijn uren rust pakken die ik hard nodig had. Ik ben ook weer langs het ziekenhuis gegaan. Hier hebben ze mijn bloeduitslag vergeleken met die van in Colombia. Bleek een afname van rode bloedcellen te hebben. Niet heel ernstig, maar moet het in de gaten houden. Ook waren ze bang voor hepatitis. Maar daar ben ik gelukkig voor Azië al voor gevaccineerd. 's Avonds voelde ik me al een stuk beter. De griep is duidelijk voorbij. Alleen nog een lichte vorm van migraine en een vage pijn in mijn kuitspieren.

Ik wilde natuurlijk niks missen van het oud & nieuw feest en ben om half 10 de stad rondgelopen om energie in te eten (rijst en bonen). Onderweg kreeg ik de gekste dingen voor ogen. Dansende mensen, vuurwerk overal, kinderen verkleed als enge wezens, volwassenen als aliens. En mannen verkleed als prostituees die over voorbijkomende auto's dansten. Bizar.

Toen wij 2 uur later hetzelfde gebied ingingen, was het bijna uitgestorven. Het leek wel of we de klok verkeerd hadden staan. Beetje bij beetje druppelden de westerlingen bijeen en iets voor 12 was het dan toch een drukke boel. Happy New Year! Gekkenhuis natuurlijk. Vuurwerk en feestende mensen. In het midden werd een vuur gecreëerd van mañeco's (poppen die jezelf voorstellen in 2011), waar even later dronken mensen doorheen sprongen en vielen.. Het was voor mij lang geleden dat ik geen alcohol kon drinken en had zo'n erge last van mijn kuiten dat ik om half 1 af moest druipen.

1 januari was natuurlijk voor iedereen een rustig dagje. Buiten leek het net een spookstad. De dag erop ben ik het oude centrum gaan bekijken. Ziet er kleurrijk uit en je loopt heuvel op en af. De gebouwen zien er van buiten mooi uit, maar het mooist is de San Francisco kerk vanbinnen. Zoveel kleine accentjes. En dan te bedenken dat deze kerk vele aardbevingen heeft doorstaan. Mijn dagje eindigde in een kapperszaak waar mijn baard weer een normale lengte kreeg.

Inmiddels ben ik weer naar het ziekenhuis geweest en heb voor de 3e keer mijn bloed laten testen. De dokter vertrouwt het toch niet helemaal en denkt aan een tropisch virus. Vrijdag is de uitslag pas. Maar ik ga niet in het hostel zitten wachten. Morgen naar een krater en daarna zie ik wel waarheen. Het fijne van Ecuador is dat alles dichtbij is!

Medellin, Colombia

Medellín, de stad waar de grootste en meest gevreesde drugsbaron aller tijden, Pablo Escobar, zijn imperium opbouwde en waar hij na een lange zoektocht werd doodgeschoten. De jaren dat er meerdere moorden per dag vielen zijn voorbij. Medellín staat nu zelfs bekend als één van de veiligste steden van Colombia.

Ik keek mijn ogen uit toen ik 's ochtends vroeg per bus aankwam. De stad ligt tussen de bergen en overal om je heen zie je grote oranjerode vlekken. Het zijn huizen! Zoveel bebouwing in een vallei heb ik nog nooit gezien. Met de enige metro van het land kom ik bij mijn hostel terecht. Eindelijk, na 2 weken, weer warm douchen.

Ik vond dat ik mezelf wel een kerstcadeautje mocht geven en ging op zoek naar een tattooshop. Bij een Deens-Colombiaans winkeltje stelde ik mijn tekst voor (La Vida libre) en zij zouden mij helpen met het lettertype. De volgende ochtend was het dan zover. Na een mooie schets van de Colombiaanse tattoo-artist en mijn goedkeuring, kon het pijnlijden beginnen! Maar het resultaat mag er wezen, al zeg ik het zelf.

Een dag later ben ik met twee kabelbanen de bergen opgeklommen. Met een prachtig uitzicht over de stad als resultaat. En klapperende oren vanwege de hoogte (2500m). Bovenaan de berg was een soort van park met vage fantasiefiguren. Was best ok, maar ik verlangde meer naar de aftocht in de kabelbaan.

Met de mensen die ik onderweg ben tegen gekomen hadden we afgesproken in Medellín samen te komen om kerst te vieren. Eén voor één druppelden ze dan ook binnen. Op kerstavond zijn we eerst bij een hostel in de buurt wat gaan drinken. Helaas waren de leukste mensen kapot van de reis naar Medellín en gaven zij het na 12 uur op. Met twee anderen ben ik hierna naar een bar strip gegaan, waar het erg gezellig was. De fles met nationale drank (smaakt naar ouzo) was snel op en de biertjes riepen ons in de bar. Het was een geslaagde kerstavond!

De volgende ochtend werd ik met een kater wakker. En wat is er dan beter dan lekker lui The Hangover nogmaals te kijken. Nadat ik met de familie thuis geskyped had, ben ik me bedje weer ingedoken. Waar ik een paar uur later gebroken uitkwam. Ik was ziek..

Drie dagen en verschillende moods (heet-koud-heet-koud-spugen-spugen-spugen-spierpijn zonder inspanning) later, was het verstandig om naar het ziekenhuis te gaan. De kans was namelijk aanwezig dat ik het tropische virus Dengue opgelopen had.. Na een algehele bodycheck, een bloedtest en 2 uur aan een infuus gehangen te hebben, was de conclusie dat ik een ‘normale' griep te pakken had die nog wel even kon duren. Goed nieuws, maar beetje jammer dat het nog doorzet.

Ik had mijn busticket naar Cali al een dag verzet, maar nu moest het er toch echt van komen. Met een zo goed als lege maag stapte ik in de taxi naar het busstation. De busrit van 9 uur was een hel, met een chauffeur die bochten op volle snelheid nam en op het laatste moment afremde voor kuilen. Toch ben ik zonder kotsen in Cali aangekomen.

Inmiddels is het mijn 5e achtereenvolgende ziektedag. Ik heb niks kunnen meekrijgen van het festival waar Cali om bekend staat (eerder al een lichtshow en Escobar-tour moeten cancelen). Maar dat is mijn minste zorg. Ik hoop zo erg dat ik met oud & nieuw weer beter ben! Vanavond stap ik op de bus naar Ecuador. Mijn reisgenootjes zijn toppers en hebben besloten bij mij in de buurt te blijven ter controle. Een hele fijne gedachte.

Laten we hopen op meer geluk in 2012. Prospero Año!

(ps: er staan weer nieuwe filmpjes op de site)

Cartagena, Colombia

Voordat ik naar Cartagena afreisde, bracht ik nog even een bezoekje aan Taganga. De verhalen van dit dorp kloppen nog gedeeltelijk. De hippies hangen hier nog wel rond en verkopen armbandjes op straat. Maar de prijs van het eten is hoger dan in Santa Marta en dus niet meer ideaal voor mensen met een klein budget. Het strand zag er ok uit, maar ik ben nog te erg verbrand om te zwemmen. Na één nachtje vond ik het wel mooi.

Via een tussenstop in Santa Marta kwam ik 7 uur en 3 bussen later aan in Cartagena. Het verkeer was chaotisch, maar eenmaal in het oude centrum wordt je ondergedompeld in de charme van ‘het mooiste stadje van Colombia'. Nadat ik het hostel gevonden had waar mijn Turkse vrienden verbleven, raakte ik ook aan de praat met 3 jongens uit Haarlem. Het plan was om met de Party Bus door de stad te gaan rijden. Ik had hier al eens over gehoord en leek me een mooie start van Cartagena. Het was nota bene zaterdagavond!

Wat een avond was dat zeg! We waren met een groep van 12 en werden achterin de bus gezet. De rumba-band liet al goed van zich horen en de eerste drankjes gleden erin. We reden van hostel naar hotel om daar anderen op te halen. Helaas lag de gemiddelde leeftijd boven de 50, maar ook zij gingen uit hun dak. We kregen per rij een fles rum en cola en hoe later het werd, hoe gestoorder iedereen ging dansen. We eindigden op een mooi verlicht plein, waar we een afzakkertje nuttigden.

De overige dagen in Cartagena heb ik genoten van de mooie binnenstad. Deze wordt omringd door een lange muur waar je overheen kan lopen. Sommige stukken zijn gevaarlijk smal en hoog tegelijk. Binnen de muren wordt je overdonderd door de vele balkonnetjes en vrolijk beschilderde huizen. Beetje jammer dat het de afgelopen dagen tegen de 40 graden Celsius aanzit (sorry, ik weet dat het koud is in Nederland), waardoor ik het niet langer dan 2 uur buiten volhield. Het stadsstrandje gaf gelukkig nog wel wat verkoeling.

Het spannendste was de reis naar het busstation. Ik had al een dure ticket naar Medellín gekocht en dacht aan anderhalf uur, om met een metrobus bij het busstation te komen, genoeg te hebben. Maar het was zó druk in de stad en ik werd (niet voor de eerste keer) geweigerd met mijn backpack. Ik ben er maar gewoon één ingedoken. Het verkeer was een drama en ik zag tijd wegtikken. Een kwartier voordat mijn bus zou vertrekken, sprong ik eruit en haalde een motor aan. Het is jammer dat ik er geen foto van heb, want het zag er grappig uit met mijn grote backpack achter- en kleine tas voorop hangend aan de bestuurder. Maar het was gelukt! Klaar voor 14,5 uur in een ijskoude bus.

Ik zit inmiddels in Medellín, de stad waar Pablo Escobar jarenlang de baas was. Nu is het één van de veiligste en leukste steden van Colombia. Hier ga ik Kerst vieren met de mensen die ik de afgelopen weken heb ontmoet. Rest mij alleen dit nog te zeggen: Feliz Navidad!

Santa Marta, Colombia

Wat is het heerlijk om in Colombia te zijn. Het voelde meteen goed toen we in dit kuststadje aankwamen. Het hostel, dat gerund wordt door 2 Amerikaanse broers, voldoet aan alle eisen. Het heeft goede bedden, internet, een zwembadje en een bar. Maar belangrijker; veel backpackers. Ik val van het ene gesprek in het andere. Dit miste ik echt in Venezuela. Natuurlijk heb ik het Turkse koppel ontmoet, maar daar werd ik ook niet altijd gelukkig van als ik ze knus samen zag zitten en ik naast een dikke Venezolaan of baby zat..

Santa Marta is een gezellig stadje met een levendig straatleven. Overal zie je verlichte kerstversiering en het straatbeeld wordt bepaald door families die langs eet- en sieraadkraampjes slenteren. Ik voel me er zelfs in het donker geen moment onveilig. Ook fijn is dat men de toerist met rust laat. Geen geschreeuw of getrek omdat je een ‘rijke' gringo bent. De hamburgesa is verrukkelijk trouwens.

Een uur rijden van Santa Marta ligt het Tyrona National Park, een beschermd gebied met dichte jungle en fantastische caribische stranden. Ik was al van plan er heen te gaan en tijdens de vele gesprekken met andere backpackers bleek daar meer animo voor. Dit resulteerde in een groep van 12 man waarmee we de volgende ochtend het park betraden. Vantevoren goed eten en drinken ingeslagen, want er werd ons verteld dat goed eten schaars is of anders veel te duur zou zijn. Het voelde een beetje alsof we gingen kamperen zonder tent.

We moesten door de jungle om bij de stranden te komen. Dit ging via blubberige paadjes en glibberige stenen en was een aardige beproeving. Mijn shirt was van mouw tot mouw doorweekt van het zweet. Het is hier gemiddeld 27 graden.
Na 45 minuten kwamen we bij de eerste kampeerplek en besloten hier de eerste nacht te blijven. De slaapplek was uniek voor mij, want in een hangmat. Maar best wel luxe met een klamboe erboven. We waren nog geen 5 minuten gearriveerd of de regen kwam met bakken naar beneden. Na een boterhammetje met jam en een peer zat er niks anders op dan bier te gaan drinken in het restaurant van de buren. Het was een gezellige avond kan ik jullie melden. Een latertje ook: 10 uur, woehoe!

Ik kon ondanks de alcohol moeilijk in slaap komen. Het is best lastig om lekker te liggen in zo'n hangmat. Als er dan ook nog een paard langskomt die iemands eten opeet en 2 mensen die moest spugen van het eten daar, dan hoop je dat het snel licht wordt.

Met een verkleind groepje; een Engelse, Australische, Kiwi, Peruaanse Amerikaan en ik, trokken we richting de andere campsite. Bij strandje La Piscine namen we even een verfrissende duik, waarna we in 20 minuten bij Cabo San Juan aankwamen. Dit is het mooiste deel, met twee witte stranden in een baai. De hangmatten hier waren helaas zonder klamboe, maar vanwege de nog hevigere storm ‘s avonds (we dachten echt weggevaagd te worden) hadden we geen last van muggen. Overdag was het trouwens prachtig weer en ben ik ook flink verbrand.

Na 2 nachten in een hangmat vond ik het wel welletjes en nam ik de volgende ochtend tijdelijk afscheid van mijn Engelstalige gezelschap. In mijn eentje trok ik de jungle weer in. Klinkt heel heftig, maar het pad is bijna niet te missen. Bijna.. Ik liep natuurlijk verkeerd en kwam in een deel van het park terecht waar alles onder water stond. Eén deel was zo erg overlopen dat ik 10 minuten lang tot mijn knieën in het water liep en hoopte niet gebeten te worden door iets. En elke persoon die ik tegenkwam naar de uitgang blijven vragen: ‘Buenas, la salida esta ayui?'

Terug in Santa Marta heb ik heerlijk genoten van de douche en de luxe. En druk aan het plannen voor de komende tijd. Waar ga ik hierna heen, waar ga ik Kerst vieren, waar Oud & Nieuw. Gelukkig ben ik niet de enige en hebben we alvast een hostel in Medellín geboekt voor Kerst.
Mijn eerstvolgende bestemming is het hippy-dorpje Taganga, hier 10 minuten vandaan. Kijken of de verhalen kloppen of verouderd zijn. Het is misschien wel mijn laatste beetje strand. Hasta la vista!